Ethnos en Samenleving volgens Aleksander Doegin

Een paar maanden geleden bracht Arktos een nieuw boek uit van de beroemde Russische filosoof Alexander Doegin genaamd Ethnos and Society. Terwijl zijn beroemde werk, De vierde politieke theorie, een politiek manifest is voor een terugkeer naar de traditie en een genadeloze strijd tegen de moderniteit en haar laatste overgebleven ideologische nakomelingen, het Liberalisme, is Ethnos and Society het sociologische werk van professor Doegin, of om preciezer te zijn, een etnosociologisch onderzoek.

Maar wat is etnosociologie eigenlijk? Terwijl de moderne sociologie zich bezighoudt met de moderne maatschappij en het burgerlijke individu en de natiestaat als norm neemt, terwijl premoderne gemeenschappen worden behandeld als "achterlijk" en "wild", gaat de etnosociologie de andere kant op. Zij houdt zich voornamelijk bezig met de etnos (stammengemeenschap) als eerste vorm van menselijke organisatie en vervolgens met de meer complexe afleidingen daarvan. Toen de Weense Richard Thurnwald in het begin van de 20ste eeuw deze discipline oprichtte, was het zijn doel om de sociale geschiedenis en de verschillen tussen oude stammen en de moderne samenleving beter te begrijpen.

Volgens Doegin verloopt de mogelijke, niet teleologische, ontwikkeling van menselijke gemeenschappen als volgt: De eerste afgeleide vorm van ethnos is de narod (volksmaatschappij), gevolgd door de natie, links ernaast de civil society, dan overgaand in de global society en tenslotte eindigend in de post society. Als een van de belangrijkste gebeurtenissen beschouwt hij de overgang van de narod naar de natie, omdat die ook de overgang betekent van de premoderne gemeenschap (volgens Ferdinand Tönnies) naar de moderne staat. Het betekent niet alleen de vernietiging van de traditionele Indo-Europese hiërarchie tussen de kasten van de priesters, de krijgers en de boeren, maar ook van de integrale heelheid van de gemeenschap.

Een maatschappij in tegenstelling tot de gemeenschap bestaat alleen uit individuen met hun eigen economische belangen. Gemeenschappelijke cultuur, traditie en religie worden aangevallen in de naam van de verlichting. Hierin ligt wellicht een van de meest controversiële punten van Doegins boek: In zijn ogen is de natiestaat niet meer dan een instrument van de verlichte bourgeoisie om hun economische doelen beter te kunnen volgen. Nationalisme is hierin slechts een middel om te voorkomen dat de individualistische samenleving instort, totdat de individuen verlicht genoeg zijn om de natiestaat achter zich te laten als de kunstmatige constructie die het is en alle naties te integreren in een wereldwijde civiele samenleving.

Terwijl de overgang van de natie naar de burgermaatschappij de deconstructie van de natie vereist, betekent de mondiale samenleving slechts het wereldwijde succes van dit proces en het einde van de geschiedenis. Instellingen als de Europese Unie zijn volgens hem de eerste voorbeelden van zo'n mondiale samenleving. Na het einde van alle collectieve identiteiten zou de postmoderne samenleving uiteindelijk de afbraak van het individu en zijn implosie inluiden: De opstand van de ogen tegen de dictatuur van het brein, het einde van de dood in transhumanistische concepten van menselijke hersenen verbonden met computers en robots.    

Het belangrijkste aspect van het boek van Doegin is het punt, dat er niet zoiets mogelijk is als een getemde voortgang van de moderniteit zoals in Faye's concept van het Archeofuturisme. Als je het uiterste plezier van de moderniteit wilt, houd er dan rekening mee dat dit het verlies betekent van alle traditie en verbinding met je voorouders en zelfs je eigen mens-zijn. Als je zelf kiest voor een traditionele gemeenschap, moet je de moderne maatschappij en de ontaarding in alle vormen bestrijden. 

Waar rechtse liberalen en conservatieven het volgende prediken: "je kunt niets doen tegen de vooruitgang van de moderniteit, het is alleen mogelijk om het proces geleidelijk te beïnvloeden", vertelt Alexander Doegins Ethnos and Society je precies het tegenovergestelde: Wanneer men zich realiseert, dat er op deze planeet nog steeds etnische samenlevingen zijn in het Amazonegebied, dat de moslimgemeenschappen in het Midden-Oosten nog steeds leven in de gemeenschap van hun narod, dat in Rusland en India de moderne natiestaat nog maar een dun laagje is, dan is het duidelijk dat het verval van de moderniteit slechts een mogelijkheid is en niet ons lot. Als we de zelfmoord van Europa willen voortzetten en de moderniteit tot haar einde willen volgen en niets willen veranderen. Maar als we onze traditie willen herstellen en het voortbestaan van ons volk willen verzekeren, moeten we onze gewoonten, onze moraal en onze manier van leven radicaal veranderen.
 

Terwijl De Vierde Politieke Theorie ons vertelt dat we moeten terugkeren naar de premoderniteit om ons Dasein (narod) te beschermen, laat Ethnos and Society ons zien hoe de randvoorwaarden voor een terugkeer naar de premoderniteit werken. Daarom is Ethnos and Society niet alleen van belang om het werk van professor Doegin beter te begrijpen, maar ook om de postmoderniteit tot op het laatste bloed te bestrijden. Als we ons niet laten afschrikken door de theoretische diepgang van dit boek, zal het ons begrip van de huidige processen van globalisering, decadentie en de Grote Vervanging enorm verbeteren. Dit boek is precies wat alle rechts-populistische partijen in Europa nodig zouden hebben om hun beleid van nep-populisme te veranderen en te beseffen wat werkelijk nodig is om de Europese identiteit nieuw leven in te blazen.

Ik kan dit boek aanraden aan iedereen die bereid is te vechten voor de terugkeer van de traditie en tegen de postmoderniteit.